Door Rabbijn Moshe Waldoks voor JewishBoston

In wezen zijn deze namen tegenwoordig bijna synoniemen.

“Ik ben opgegroeid met het bezoeken van een ’tempel’. Wat is het verschil tussen een tempel, een synagoge en een sjoel?”

In wezen zijn deze namen vandaag de dag bijna synoniemen. Het is echter nuttig om een blik te werpen op hun historische evolutie.

Traditioneel stonden Joodse gemeenten bekend als kehillot kodesh, of Heilige Vergaderingen (in enkelvoudige vorm, een kahal kodesh). Ze werden ook wel batei knesset genoemd, of Huizen van Vergadering. De Griekse vertaling συναγωγή (synagoguē) betekent “vergadering”. Tegenwoordig is de Knesset (het parlement) de wetgevende vergadering van Israël.

Terwijl de beth hamikdash (de oude Jeruzalem Tempel) bestond, kan de rol van synagogen heel anders zijn geweest dan tegenwoordig. We weten dat ze bestonden in Palestina, Babylonië en elders; we weten dat de Tora er regelmatig werd gelezen en dat tefilot, gebeden of psalmen, werden gereciteerd als onderdeel van de dienst.

Toen de Tempel in 70 n.C. door de Romeinen werd verwoest, werd de synagoge van vitaal belang voor de vestiging van Joodse gemeenschappen over de hele wereld.

Synagogen werden ook batei tefila, of Huizen van Gebed, en batei midrasj, of Huizen van Studie, genoemd. In Oost- en Midden-Europa leidde dit ertoe dat de synagoge sjoel werd genoemd, het Jiddische woord voor school.

Toen de Hervormingsbeweging in het eerste decennium van de 19e eeuw als lekenbeweging opkwam, werd de eerste “tempel” opgericht in Hamburg, Duitsland. Het gebruik van de naam “tempel” was opzettelijk. Het was een verklaring over het traditionele geloof in het herstel van de oude Tempel in messiaanse tijden.

De Joodse hervormers geloofden dat de Joodse continuïteit in de moderne burgerlijke staat moest worden gehandhaafd door elke zweem van “dubbele loyaliteit” te vermijden. Konden Joden goede Duitse burgers zijn en toch hopen en bidden voor het herstel van Jeruzalem en de Heilige Tempel? Zou dat in strijd zijn met de essentie van hun nieuw verworven status als geëmancipeerde Joden met burgerrechten?

De vestiging van de Hamburgse Tempel was dus een verklaring dat Hamburg hun Jeruzalem was, en dat hun tempel een vervanging was van de oude Tempel die daar eerder had gestaan.

Deze trend zette zich gedurende meer dan honderd jaar voort. Sinds het einde van de jaren 1920 heeft de Reform ideologie zich ver verwijderd van die dagen in Hamburg. De naam “tempel” bleef echter bestaan, en verspreidde zich in de jaren 1950 en ’60 ook naar de Conservatieve beweging.

Voor de Conservatieven verwees de aanduiding “tempel” naar het concept dat de synagoge een mikdasj me’at is, een “verklein tempeltje,” dat voldoet aan het rabbijnse voorschrift om de oude tempelriten te vervangen door tefilot en Toralezingen en -onderricht. Het conservatieve Jodendom herzag ook zijn trouw aan de traditionele gebeden voor het herstel van de oude Tempel en zijn offers. Zij beschouwden deze als fenomenen om te gedenken, maar niet om te doen herleven in het messiaanse tijdperk.

Dus vandaag de dag is er eigenlijk geen wezenlijk verschil tussen een Joodse gemeente een tempel, een kehilla of een sjoel noemen. Hoe men onze gemeenten ook noemt, allemaal streven ze ernaar zichzelf te transformeren tot centra van Joodse identiteit, Joodse solidariteit en Joods leren; allemaal zetten ze zich in voor het creëren en onderhouden van zorgzame en medelevende gemeenschappen.

Gerelateerd

Rabbijn Moshe Waldoks is de senior rabbijn van Temple Beth Zion in Brookline en de mede-redacteur van “The Big Book of Jewish Humor.”

© 2021 Combined Jewish Philanthropies of Greater Boston. Alle rechten voorbehouden.
Concept, ontwerp & ontwikkeling door
Powered by

>

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.