Cognitieve gedragstherapie (CGT) wint de laatste jaren aan populariteit, naarmate meer mensen zich bewust worden van de effectiviteit ervan bij de behandeling van veel voorkomende stoornissen zoals angst en depressie.
CGT is geenszins een nieuwe therapie en heeft een praktische structuur, waardoor deze gemakkelijk meetbaar is. Deze factoren hebben geresulteerd in een groot aantal succesvolle klinische studies die, meer recentelijk, de positie van CGT als aanbevolen behandeling in de NHS hebben veiliggesteld.
Wat is CGT?
Cognitieve gedragstherapie is een vorm van gesprekstherapie die zich bezighoudt met het identificeren en uitdagen van niet-helpende gedachten en het helpen van mensen om te leren hoe ze hun denkpatronen en gedragingen kunnen veranderen, om de manier waarop ze zich voelen te verbeteren. CGT onderzoekt de relatie tussen gevoelens, gedachten en gedragingen. Als zodanig is het ontstaan uit twee zeer verschillende stromingen in de psychologie: het behaviorisme en de cognitieve therapie. De wortels ervan kunnen worden teruggevoerd tot deze twee modellen en hun latere samensmelting.
Wortels van de gedragstherapie
Gedragstherapie voor psychische stoornissen bestaat al sinds het begin van de twintigste eeuw. Skinner, Pavlov, en Watson waren allen vroege voorstanders van gedragsbehandelingen. Behaviorisme is gebaseerd op het idee dat gedrag kan worden gemeten, getraind en zelfs veranderd. Het zegt dat het onze reacties op omgevingsstimuli zijn die ons gedrag vormen.
De eerste golf van gedragstherapie kwam tot stand in de jaren veertig als reactie op de emotionele aanpassingen waarmee de vele uit de oorlog terugkerende WOII-veteranen werden geconfronteerd. Deze behoefte aan effectieve kortdurende therapie voor depressie en angst viel samen met een opbouw van gedragsonderzoek over hoe mensen leren zich te gedragen en emotioneel te reageren op levenssituaties. Dit daagde de toen populaire psychoanalytische therapie uit en wordt beschouwd als de “eerste golf” van CGT.
Cognitieve Therapie Wortels
In de vroege jaren 1900 maakte de Oostenrijkse psychotherapeut Alfred Adler’s notie van basisfouten en hun rol in onaangename emoties hem een van de eerste therapeuten die cognitie in psychotherapie aan de orde stelde. Zijn werk inspireerde de Amerikaanse psycholoog Albert Ellis tot de ontwikkeling van de rationeel-emotieve gedragstherapie (REBT) in de jaren 1950. Dit wordt nu beschouwd als een van de vroegste vormen van cognitieve psychotherapie. Het is gebaseerd op het idee dat iemands emotionele nood eerder voortkomt uit zijn gedachten over een gebeurtenis dan uit de feitelijke gebeurtenis zelf.
In de jaren vijftig en zestig merkte de Amerikaanse psychiater Aaron T. Beck dat zijn cliënten interne dialogen voerden in hun hoofd tijdens analytische sessies. Hij ontdekte dat de cliënten bijna tegen zichzelf leken te praten, maar dat ze slechts een klein deel van dit soort gedachten met hem deelden. Iemand dacht bijvoorbeeld bij zichzelf: “De therapeut is vandaag erg stil; ik vraag me af of hij boos op me is?” en begon zich daardoor angstig te voelen.
Automatische gedachten in Cognitieve Therapie
Beck begreep het belang van het verband tussen gedachten en gevoelens, en hij bedacht de term “automatische gedachten” om de emotionele gedachten te beschrijven die in de hoofden van mensen opkomen. Hij ontdekte dat, hoewel mensen zich niet altijd bewust zijn van deze gedachten, zij kunnen leren ze te identificeren en te rapporteren. Hij ontdekte dat mensen die van streek waren negatieve gedachten hadden die meestal onrealistisch waren, en door deze gedachten te ontdekken en uit te dagen, kan een langdurige en positieve verandering optreden. In wezen helpt CGT mensen om buiten deze automatische gedachten te treden en ze uit te testen.
In de jaren zestig werden een aantal empirische studies uitgevoerd naar hoe cognities gedrag en emoties beïnvloeden. Dit staat bekend als de cognitieve revolutie. Deze benadrukte de rol die bewust denken speelt in psychotherapie en staat bekend als de “tweede golf” van CGT.
Combineren van de benaderingen
Gedragstherapieën waren succesvol in het behandelen van neurotische stoornissen, maar waren niet in staat om depressie te overwinnen. Toen de populariteit van cognitieve therapieën begon toe te nemen, begonnen psychologen de twee benaderingen samen te voegen om met succes problemen zoals paniekstoornis te behandelen. Hoewel elk van deze denkrichtingen een andere nadruk legt, houden beide zich bezig met wat er met het individu gebeurt in het hier en nu. CGT richt zich op de overtuigingen, ervaringen en gevoelens van de cliënt op het huidige moment.
CBT kan behulpzaam zijn bij de behandeling van een reeks problemen
CBT is het onderwerp geweest van een aantal wetenschappelijke studies en is toegepast op een breed scala van psychologische problemen. Het gebruik ervan werd in de jaren negentig wijdverbreid en wordt nu door de NHS gepromoot. Naarmate de populariteit toeneemt, neemt het aantal klinische onderzoeken naar CGT toe en wordt de bewijsbasis sterker. Het is aangetoond als een effectieve vorm van therapie voor de behandeling van een reeks van aandoeningen, waaronder:
- angst
- paniekstoornis
- depressie
- OCD – Obsessief-compulsieve stoornis
- fobieën
- Irritable Bowel Syndrome
- Chronic Fatigue
- Eating Disorders
CBT en andere therapieën
Dagelijks, een aantal therapieën mengen cognitieve en gedragsmatige elementen in hun aanpak, waaronder:
- Integratieve psychotherapie
- Realiteitstherapie
- Multimodale therapie
- Eye movement desensitisation and reprocessing
- Cognitieve verwerkingstherapie
- Acceptance and commitment therapy
- Dialectische gedragstherapie
Verder lezen over CGT en de problemen waarmee het kan helpen
Hoe cognitieve gedragstherapie kan helpen bij de behandeling van angststoornissen
Hoe kan cognitieve gedragstherapie helpen bij de behandeling van depressie?
Paniekaanvallen: Hoe kan cognitieve gedragstherapie helpen?
Cognitieve distorsies en denkfouten – Hoe kan CGT helpen?
Cognitieve gedragstherapie in Londen
Tagged With: CGT, Cognitieve Gedragstherapie