Om het verband tussen alcoholinname en cognitief gezonde levensduur (CHL) beter te begrijpen, onderzochten we het verband tussen hoeveelheid en frequentie van alcoholinname en CHL bij 1.344 oudere volwassenen die in een gemeenschap woonden. De alcoholinname werd gemeten met vragenlijsten in 1984-1987. De cognitieve functie werd beoordeeld met tussenpozen van ongeveer vier jaar tussen 1988 en 2009. Multinomiale logistische regressie, aangepast voor meerdere levensstijl- en gezondheidsfactoren, werd gebruikt om het verband te onderzoeken tussen alcoholgebruik en CHL (leven tot 85 jaar zonder cognitieve stoornissen), overleven tot 85 jaar met cognitieve stoornissen (MMSE score >1.5 standaard deviaties onder de verwachting voor leeftijd, geslacht en opleiding), of overlijden voor 85 jaar. De meeste deelnemers (88%) meldden enige alcoholconsumptie; 49% meldde een matige alcoholconsumptie, en 48% meldde bijna dagelijks te drinken. In vergelijking met niet-drinkers, hadden matige en zware drinkers (tot 3 drinks/dag voor vrouwen en voor mannen van 65 jaar en ouder, tot 4 drinks/dag voor mannen jonger dan 65 jaar) significant hogere aangepaste kansen op overleving tot leeftijd 85 zonder cognitieve stoornissen (p’s < 0.05). Bijna-dagelijkse drinkers hadden 2-3 maal hogere aangepaste kansen op overleving tot minstens 85 jaar met cognitieve stoornissen (odds ratio (OR) = 2,06; 95% betrouwbaarheidsinterval (CI): 1,21, 3,49) of overlijden voor 85 jaar (OR = 3,24; 95% CI: 1,92, 5,46). Hoewel overmatig drinken negatieve gevolgen heeft voor de gezondheid, suggereren deze resultaten dat regelmatig, matig drinken een rol kan spelen in cognitief gezonde levensverwachting.