Extract
Algemene term voor muziekinstrumenten die hun geluid voortbrengen door trillingen in een gespannen snaar op te wekken. Chordofonen vormen een van de oorspronkelijke vier klassen van instrumenten (samen met idiofonen, membranofonen en aerofonen) in de hiërarchische classificatie bedacht door E.M. von Hornbostel en C. Sachs en door hen gepubliceerd in Zeitschrift für Ethnologie in 1914 (Eng. trans. in GSJ, xiv, 1961, pp.3-29, repr. in Ethnomusicology: an Introduction, ed. H. Myers, London, 1992, pp.444-61). Hun systeem, dat gebaseerd is op dat van Victor-Charles Mahillon voor het Koninklijk Conservatorium van Brussel en dat vandaag de dag nog veel gebruikt wordt, verdeelt de instrumenten in groepen die gebruik maken van lucht, snaren, membranen of sonore materialen om klanken voort te brengen. Verschillende geleerden, waaronder Galpin (Textbook of European Instruments, Londen, 1937) en Sachs (History of Musical Instruments, New York, 1940), hebben voorgesteld om elektrofoons aan het systeem toe te voegen, maar het is nog niet formeel uitgebreid.
Chordophones worden onderverdeeld in zitherachtige instrumenten, waaronder de piano en het klavecimbel, geclassificeerd als ‘eenvoudige chordophones’, en ‘samengestelde chordophones’ waarbij de structuur een hals, juk of ander onderdeel omvat dat als snaarhouder fungeert. De tokkeltrommels, die door Hornbostel en Sachs bij de membranofonen werden ingedeeld, zijn sindsdien geïdentificeerd als akkoordofonen met variabele spanning, maar de ingedeelde lijst is nog niet bijgewerkt. Elke categorie is verder onderverdeeld volgens de meer gedetailleerde kenmerken van een instrument. Een numerieke code, vergelijkbaar met de klasse-aanduidingen van het Dewey decimale bibliotheek classificatiesysteem, geeft de structuur en de fysieke functie van het instrument aan. De Hornbostel-Sachs classificatie (van de …