Creatine is een molecuul dat van nature in ons lichaam aanwezig is. Het wordt gesynthetiseerd uit verschillende aminozuren, die bestanddelen van proteïnen zijn, en creatine is dus van proteïne oorsprong. We halen creatine ook uit voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong, voornamelijk vlees en vis.
Creatine heeft een structurele functie (het maakt deel uit van het bewegingsapparaat), en wordt ook gebruikt als energiebron. Het grootste deel van de creatine die wij bezitten, wordt in de spieren afgezet, omdat het daar een aantal van zijn meest interessante functies zal vervullen. Het lichaam is in staat een deel van de totale hoeveelheid creatine die wij voor ons dagelijks leven nodig hebben, te synthetiseren, ongeveer de helft van onze behoefte. De rest van de benodigde hoeveelheid wordt via de voeding opgenomen, mits we een evenwichtige en volledige voeding volgen.
Creatine wordt echter ook gebruikt als voedingssupplement of ergogeen hulpmiddel. Bovendien is het gebruik ervan de laatste jaren toegenomen omdat het niet als dopingmiddel wordt beschouwd. Ergogene hulpmiddelen zijn stoffen, producten, situaties of zelfs hulpmiddelen, die worden gebruikt om de capaciteit of de prestaties van de sporter te verbeteren. Dit vermogen kan de vorm aannemen van spierkracht, kracht, weerstand tegen uitputting, het vermogen om te herstellen na de inspanning, of een verbetering van de kwaliteit van de algemene fysieke en sportieve prestaties.
Effecten van creatine
Er zijn vele en uiteenlopende soorten ergogene hulpmiddelen, en hun gunstige effecten zijn niet altijd bewezen. In het geval van creatine hebben we te maken met een ergogene stof van het voedingstype, die in bepaalde situaties een bewezen verbetering van de sportprestaties oplevert, zoals we hieronder zullen zien, hoewel er nog veel studies moeten worden uitgevoerd en vooral de afwezigheid van bijwerkingen op lange termijn nog moet worden beoordeeld.
Er bestaat enige controverse over het werkelijke gunstige effect van creatine op de sportprestaties. Spieren halen de energie die ze nodig hebben om samen te trekken en beweging te veroorzaken uit een molecuul dat ATP (adenosinetrifosfaat) wordt genoemd. ATP staat bekend als de energievaluta bij uitstek, omdat de metabolisering ervan praktisch de enige – of de meest fysiologische en gebruikelijke – manier is om energie in de cellen te verkrijgen. Door de aanwezigheid van creatine wordt dit proces sterk vergemakkelijkt, omdat het helpt bij de synthese van ATP door de cel. Duidelijker gezegd kan men zeggen dat creatine een verbetering van de produktie van de energiemolecule ATP veroorzaakt. Dit resulteert in een betere beweeglijkheid van de spieren en een toename van de spiertonus en spierkracht, alsmede een verlenging van de tijd voordat vermoeidheid intreedt, waardoor de spierprestaties verbeteren.
Creatine leidt ook tot een toename van de spiermassa zelf, als gevolg van de structurele functie ervan, zodat het vermogen van de vezels om samen te trekken groter zal zijn naarmate ze groter en meer ontwikkeld zijn. Er is echter ook een conflict over deze kwestie, want het lijkt erop dat een deel van deze spiertoename niet zozeer een toename is, maar eerder een toename van het waterreservoir dat door de spier wordt vastgehouden.