Samenvatting:
In dit gedicht observeert de spreker een geruisloze, geduldige spin op een kaap (een rotspunt boven de oceaan). Hij drukt een stempel op zijn uitgestrekte omgeving door zijn web te weven. In de tweede strofe vergelijkt de spreker de spin met zijn ziel, die altijd probeert verbanden te leggen in de wereld. Hij richt zich tot zijn ziel en moedigt haar aan om door te gaan met spinnen, want wanneer “de ragfijne draad ergens heen slingert…”, zal zij de noodzakelijke bruggen slaan.
Analyse:
Dit gedicht bestaat uit twee strofen van elk vijf regels. Zoals gebruikelijk is er geen vaste maat of rijmschema. De scheiding van strofen in dit gedicht vertegenwoordigt een verschuiving van letterlijk (de spreker kijkt hoe de spin haar web maakt op de rots) naar figuurlijk (de spreker spreekt over de pogingen van zijn ziel om verbanden te leggen in de wereld). Het doel van het gedicht is de vergelijking te trekken tussen de ziel van de spreker en de spin, en daarom weerspiegelen de twee strofen elkaar in grootte en structuur.
In dit gedicht maakt Whitman uitstekend gebruik van beeldspraak en metafoor. De spreker begint met een levendige beschrijving van de ervaring van het kijken naar de spin die haar web weeft, waardoor de lezer zijn fascinatie kan delen. In de tweede strofe verheft hij deze beelden tot metaforen voor de figuurlijke verlangens van zijn ziel: “tot de brug die je nodig hebt om gevormd te worden” en “tot de ragfijne draad die je ergens heen slingert.” Zelfs de titel van het gedicht is een beschrijvend beeld; de zin “A noiseless patient spider” roept het beeld op van dit kleine schepsel dat volkomen stil zit, wachtend op zijn moment.
In dit gedicht worden de spin en de ziel van de spreker beide geconfronteerd met een vergelijkbare benarde situatie. Ze moeten hun vaardigheden gebruiken om verbindingen te leggen, op zoek naar zinvolle en effectieve banden. In de eerste strofe leest Whitmans karakterisering van de spin als enigszins hopeloos – het schepsel is “geïsoleerd” en zal “altijd zijn web afrollen” zonder enige belofte van invloed te zijn op zijn “uitgestrekte” omgeving. Maar, zoals vaak het geval is met Whitmans poëzie, eindigt het gedicht met een optimistisch idee. Hoewel het moeilijk is om “onophoudelijk” te zoeken naar verbindingen, zal zijn ziel uiteindelijk succes hebben en dan kan hij rusten, net als een spin met een voltooid web.