Self-Reports Definition
De term zelfrapportage verwijst naar informatie die wordt verzameld op basis van de beschrijving die een individu zelf geeft van de gebeurtenissen, sensaties of overtuigingen die worden onderzocht. Zelfrapportages kunnen worden verzameld met behulp van een van de verschillende methoden: bijvoorbeeld enquêtes en vragenlijsten, elektronische dagboeken, en klinische interviews. Zelfrapportages onderscheiden zich van andere methoden van gegevensverzameling omdat hun enige bron het persoonlijke verslag van de respondent is.
Issues Surrounding the Use of Self-Reports
De meeste onderzoekers zijn het erover eens dat het naïef is om te geloven dat alle zelfrapportages volledig accuraat zijn. Het is echter ook simplistisch om aan te nemen dat zelfrapportages niet waardevol of informatief zijn omdat ze foutief kunnen zijn. Een betere benadering is aandacht te besteden aan de verschillende cognitieve en motivationele factoren die van invloed zijn op het vermogen en de bereidheid van mensen om verslag uit te brengen over hun overtuigingen, gevoelens en activiteiten. Er zijn tal van dergelijke factoren geïdentificeerd. Hoewel sommige van deze factoren betrekking hebben op regelrechte misleiding (bv. wanneer nauwkeurige zelfrapportage gênant of schadelijk zou zijn), worden zelfrapportages vaker vertekend door de beperkingen van het vermogen van mensen om informatie op te slaan, te bewaren, zich te herinneren en samen te vatten. Onderzoek heeft bijvoorbeeld aangetoond dat wanneer mensen wordt gevraagd om gebeurtenissen uit hun verleden te beschrijven, ze geneigd zijn om die informatie te rapporteren die op dat moment het meest toegankelijk is, ongeacht of die informatie correct is of toegankelijk werd gemaakt door een experimentele manipulatie.
Het is ook bekend dat zelfrapportages worden vertekend door de motieven, doelen en persoonlijkheid van een individu. Zo hebben mensen met een hoog neuroticisme de neiging om gebeurtenissen in hun leven (bijvoorbeeld alledaagse stress, pijnklachten) als schrijnender te ervaren en te beschrijven dan mensen met een laag neuroticisme.
Wanneer mogelijk is het nuttig om zelfrapportages te bevestigen door middel van andere bronnen, zoals historische verslagen, verslagen van geïnformeerde vrienden en familieleden, psychofysiologische registratie, of gedragsobservatie. Systematische vergelijking van zelfrapportages met deze andere gegevensbronnen kan waardevolle inzichten verschaffen in de processen die bijdragen aan de nauwkeurigheid en onnauwkeurigheid van zelfrapportages. Niettemin zijn veel belangrijke concepten ofwel intrinsiek subjectief en intern, en daarom alleen meetbaar via zelfrapportages (bijvoorbeeld pijn, kortstondige stemming, attitudes, gevoelens over een andere persoon), of zijn ze om pragmatische redenen onmogelijk op een andere manier te beoordelen (bijvoorbeeld gedrag over een maand, gebeurtenissen in het verre verleden). Daarom is veel moeite gestoken in het ontwikkelen van instrumenten en procedures die de validiteit van zelfrapportages maximaliseren.