Albert sabin (1906-1993)
Sabin toonde aan dat het poliovirus eerst het spijsverteringskanaal binnendrong en vervolgens het zenuwstelsel. Hij behoorde ook tot degenen die de drie typen poliovirus identificeerden. Hij ontwikkelde een levend, maar verzwakt oraal vaccin dat superieur bleek te zijn in toediening, maar ook een langduriger immuniteit opleverde dan het vaccin van Salk. Na een botsing tussen de rivaliserende kampen en hun opdrachtgevers werd het vaccin van Salk in 1962 vervangen door het vaccin van Sabin.4 De werkzaamheid werd aangetoond in veldproeven (1958 en 1959).
Albert Bruce Sabin5 werd op 26 augustus 1906 geboren in Bialystok, Polen, dat toen deel uitmaakte van Rusland. Hij emigreerde met zijn familie naar de VS in 1921, om te ontsnappen aan raciale vervolging. In 1928 studeerde hij af aan de Universiteit van New York. Een jaar aan het Lister Institute of Preventive Medicine in Londen vervolgde zijn opleiding. In 1935 trad hij toe tot de staf van de Rockefeller Universiteit voordat hij in 1939 naar het kinderziekenhuis van Cincinnati verhuisde om onderzoek te doen naar virussen. Hij was adviseur van het leger tijdens de Tweede Wereldoorlog, isoleerde het virus van de zandvliegkoorts en hielp bij de ontwikkeling van een vaccin tegen knokkelkoorts. Zijn onderzoek omvatte toxoplasmose en virale encefalitis. Na de oorlog keerde Sabin terug naar Cincinnati om in 1954 het poliovaccin te ontwikkelen.
In 1970 werd hij president van het Weizmann Institute of Science in Israël, maar wegens hartziekte trad hij later af. Hij ontving vele onderscheidingen: verkiezing tot lid van de National Academy of Sciences, 1951; de Bruce Memorial Award van het American College of Physicians, 1961; de Feltnelli-prijs van de Academia dei Lincei van Rome, 1964; de Lasker Clinical Research Award in 1965; en de United States National Medal of Science in 1971.
De waarde van het werk van Salk en Sabin is onmeetbaar. Sabin overleed op 3 maart 1993.