VTE kan mannen en vrouwen van alle leeftijden, rassen en etnische groepen treffen. Mensen met het hoogste risico, zoals kankerpatiënten, mensen die worden geopereerd of mensen met een groot trauma zoals breuken of immobilisatie, moeten vragen of ze preventieve behandelingen kunnen krijgen. Ziekenhuisopname om welke reden dan ook verhoogt het risico, dus mensen in het ziekenhuis moeten vragen naar preventie.
VTE risicofactoren zijn onder meer:
- Grote algemene chirurgie
- Grote orthopedische chirurgie
- Lage-extremiteit verlamming als gevolg van ruggenmergletsel
- Fractuur van het bekken, heup of lange botten
- Meervoudig trauma
- Kanker – alle vormen van kanker verhogen het risico, vooral als de kanker wijd is uitgezaaid, en als het longkanker, hersenkanker, lymfeklierkanker, gynaecologische kanker (zoals eierstok of baarmoeder), of maag-darmkanker (zoals alvleesklier of maag) is. Bij patiënten met kanker verhogen chemotherapie en chirurgie voor kanker het risico verder.
Extra factoren:
Afzonderlijk zijn de onderstaande factoren niet voldoende om preventieve maatregelen voor VTE te rechtvaardigen. Maar een combinatie van twee of meer kan aanleiding zijn tot actie – en kan van invloed zijn op het soort en de duur van de preventieve behandeling.
- Prior VTE – Patiënten met een eerdere episode van VTE hebben een grote kans op herhaling.
- Leeftijd – Patiënten ouder dan 40 jaar lopen een hoger risico, en dat risico verdubbelt met elk volgend decennium.
- Obesitas — mensen met obesitas hebben 2 keer zoveel kans op VTE als mensen met een normaal gewicht, en hoe hoger het gewicht, hoe hoger het risico.
- Immobiliteit – Langdurige immobiliteit, zoals tijdens lange reizen, in combinatie met andere belangrijke risicofactoren verhoogt de kans op VTE.
- Oorale anticonceptiva of oestrogeenbehandeling voor overgangsverschijnselen
- Familiegeschiedenis van VTE — vooral als dit bij een eerstegraads familielid (ouder, broer of zus, kind)
- Fysieke inactiviteit
- Genetische bloedafwijkingen die de bloedstolling beïnvloeden
VTE en Zwangerschap:
Vrouwen die zwanger zijn, of net een baby hebben gekregen, lopen een groter risico op het ontwikkelen van een bloedstolsel. Het risico is groter bij aanwezigheid van de volgende andere factoren:
- Eerdere VTE
- Een genetische aanleg voor VTE of een familiegeschiedenis van VTE (vooral bij een eerstegraads familielid – ouder, broer of zus)
- Obesitas
- Immobilisatie, zoals bedrust en lange afstandsreizen
- Tweevoudige zwangerschap
- Erdere leeftijd van de moeder
- Andere medische ziekte tijdens de zwangerschap, zoals kanker, ernstige infectie of toxemie/pre-eclampsie
Lees meer:
- Drukbaar informatieblad: Wie loopt risico op VTE? (PDF)