Toen ik dertien jaar oud was, werd de huid op mijn borst getroffen door een mysterieuze uitbraak van ontstoken rode puntjes. Ik zat op een meisjesschool in de Dehradun-vallei in India, waar ons lichaam nauwlettend in de gaten werd gehouden – onze lengte, gewicht, kiezen, snijtanden, koorts en inentingen werden elk trimester gemeten. Vlekken op het gezicht werden normaal geacht, misschien zelfs gezond, ijdelheid was een van de ongewenste eigenschappen die de instelling beloofde uit te roeien. Een paar ontstoken plekjes op je kin of jukbeen konden je zelfs sympathieke aanbiedingen van leeftijdgenoten opleveren. (Maar, zoals ik dat jaar ontdekte, de hals markeerde een onzichtbare geografische grens, en de verschijning van acne daaronder veranderde grootmoedigheid in achterdocht onder vrienden en gezagsdragers: “Is dat uitslag?” “Zijn je lakens schoon?” “Doe je elke dag een bad?” De brede vierkante hals van onze schooluniformen maakten het onmogelijk om mijn uitbraak te verbergen. Ondanks het feit dat ik rondliep met mijn onderarmen zorgvuldig over mijn ribbenkast gevouwen, kreeg ik al snel de reputatie van het meisje met de borstpuistjes.
Nadat ik de schoolverpleegsters had gesmeekt om me naar een dermatoloog te laten gaan, werd ik doorgestuurd naar Dr. Judge, wiens kliniekbordje aangaf dat hij gespecialiseerd was in “Huidziekten en Lepra”. Hij was bleek en slank, met ongewoon grijze ogen. Hij sprak geen woord tegen me en stelde geen vragen over wanneer of hoe de uitbraak was begonnen. Maar hij gluurde lympatisch naar de schade, krabbelde wat op een blocnote en bood een kleine, onopvallend uitziende tube zalf aan met het opschrift “0,1% tretinoïne.”
Volgens het recept van dokter Judge moest ik één keer per week een dun laagje van de crème aanbrengen, maar in mijn wanhoop om genezen te worden, smeerde ik in plaats daarvan mijn borst meerdere keren per dag rijkelijk in. Op dag drie leken de puistjes op te drogen. Op dag zeven dreven de eerste droge huidschilfers van mijn borst en kwamen ze op mijn trui terecht. Ik zag dit als bewijs dat de crème eindelijk werkte en smeerde me er nog voller mee in, met de tube als een talisman. Op dag vijftien veranderde triomf in afschuw: de crème had de puistjes weliswaar verwijderd, maar ook de hele huidlaag die ze hadden bezet, uitgewist. In plaats daarvan waren er nu een heleboel boze, roze, droge plekjes die er in de douche als groteske velletjes afkwamen. Met de wreedheid die tieners zo eigen is, keek een meisje in mijn studentenhuis naar mijn borst en zei dat ze, als ze mij was, nu zelfmoord zou overwegen. Ik gooide de tube crème weg en verdroeg het schuren van een wollen sjaal tot het schuren eindelijk ophield. Tijdens de wintervakantie wierp mijn moeder, die altijd gelooft in een onberispelijke zelfpresentatie en nooit blad voor de mond neemt, me één blik toe en vroeg: “Wat heb je jezelf aangedaan?”
Heden ten dage zijn er retinolserums van honderdvijf dollar te koop bij Sephora in op de apotheek geïnspireerde flesjes, verrijkt met azuleenolie en blauwe tansy. Maar de originele, geheel chemische, alleen op recept verkrijgbare retinoïde huidcrème is geen glamoureus product. Het blauw-witte metalen tubetje met plastic dop, dat bijna niet te onderscheiden is van aambeiencrème, leent zich niet voor een performatieve #zelfzorg op Instagram. Het ontwerp lijkt immuun voor het verstrijken van de tijd, het is trouw gebleven aan dezelfde esthetiek sinds 1971, toen het voor het eerst werd goedgekeurd door de F.D.A. Mijn moeder heeft haar tienerjaren toewijding aan de crème te danken aan het unieke lijnloze voorhoofd en de rimpelvrije nasolabiale plooien die ze nu als vijftiger heeft.
In het veld van de dermatologie wordt er met mythische eerbied gesproken over retinoïde en de familie van vitamine-A-afgeleide verbindingen – de minder krachtige nakomeling van retinoïde, retinol; de zuiverste vorm, tretinoïne, of retinoïnezuur, waarvan Retin-A een veelgebruikte merknaam is. Retin-A, dat werkt door oude huidcellen te zuiveren en nieuwe te dwingen zich in een verbazingwekkend tempo te vormen, is de onuitstaanbare uitslover onder de huidbehandelingen, niet alleen bekend om acne weg te blazen, maar ook om de productie van collageen te stimuleren, ongewenste pigmentatie op te lossen, en alsof dat nog niet genoeg is, huidlaesies te behandelen voordat ze kanker vormen. Of je nu hoopt rimpels, acne of kwaadaardige cellen kwijt te raken, een retinoïde-verbeterde huid kan niet worden bereikt zonder onderweg het bloedbad van rode, ontstoken en schilferende droge huid te moeten doorstaan. En of je het nu bij één keer per week houdt of, zoals ik, overdrijft, je zult vervellen – misschien niet genoeg om zelfmoord te suggereren, maar wel genoeg om toeschouwers te laten dubbelklikken, alsof ze in stilte willen bevestigen dat dat inderdaad je gezicht is, en dat het iets lijkt te doen wat je alleen ziet in NationalGeographic specials over slangen en schaaldieren.
Omdat internettoegang op mijn Indiase kostschool streng verboden was, ontdekte ik pas bij mijn tweede grote doorbraak, op mijn drieëntwintigste, toen ik in New York woonde, de massa’s prikborden, subreddits, blogposts en tijdschriftartikelen gewijd aan wat toepasselijk de “retinoïde lelijkerds” worden genoemd. Het was mijn gezicht, toen, dat uitbarstte in cystische puisten die pijn deden en boos klopten als ik te breed glimlachte. Ik werd wakker met speldenprikken van bloed op de plek waar ik had geslapen. Toen ik in oktober 2015 thuis kwam, keek mijn moeder me aan en vroeg: “Wat heb je met jezelf gedaan?”
Ik ging naar een dermatoloog in Upper West Side – lang, blond, met een intimiderend mooie huid – die me nog een rondje Retin-A voorschreef. Ik hield me aan de voorgeschreven behandeling, één keer per week een dotje ter grootte van een duim. Toen ik een paar maanden bezig was, begon de “zuivering”. “Zie het als je huid die het vuil van binnen uit het huis verwijdert,’ legde mijn dermatoloog uit. Ze schreef me recepten voor vochtinbrengers voor, aparte voor ’s morgens en ’s avonds. Ik begon op mijn linkerzij te liggen in bed toen de rechterkant van mijn gezicht te ontstoken werd om plat op het kussen te liggen.
Acne bij volwassenen is lang niet de ergste manier waarop je lichaam je kan verraden. Het was een aanslag op mijn ijdelheid en een kleine vernedering – zelfs als belastingbetalende, huurder van een appartement en burger van de wereld met een ziektekostenverzekering – om opnieuw te moeten vechten tegen een aandoening die ik dacht achter me te hebben gelaten, samen met een beugel en een avondklok. Maar er is een unieke wreedheid in Retin-A’s manier om het probleem erger te maken voordat het beter wordt. De voor-en-na foto’s op Reddit bereidden me niet voor op wat ik tussendoor onderging – de farce van oogcontact houden tijdens gesprekken, zelfs als ik de persoon met wie ik praatte onwillekeurig naar de ruwe plekken langs mijn kaaklijn zag glijden. In tegenstelling tot de wonden van een facelift of een chirurgische ingreep, vindt het herstel door Retin-A niet plaats onder verband. Het onvermijdelijke vervellen van de huid is in strijd met een van de grondbeginselen van het volwassen zijn – en vooral van een vrouw – in de beleefde maatschappij: het is een openbaar vertoon van de gezamenlijke, en soms pijnlijke, inspanning die nodig is om een uiterlijk van uiterlijke normaliteit in stand te houden.
Zoals liefde en faillissement, deed een gave huid, toen die eindelijk kwam, het geleidelijk, en toen ineens. Het is twee jaar geleden dat ik een nieuwe tube Retin-A 0.1% heb opengemaakt en meer dan zes maanden geleden dat ik nog een puist op mijn gezicht had. Mijn voorhoofd straalt nu een vrachtwagen-koplamp-achtige glans uit op iPhonefoto’s vanwege zijn ietwat kunstmatige, Barbie-achtige gladheid. Af en toe voel ik nog steeds het kloppen van een ontluikend puistje dat dreigt te voorschijn te komen van diep onder mijn huid, maar het nooit echt doet. Voor het geval dat, Justin, bewaar ik een knoestige, half uitgeknepen tube Retin-A op mijn dressoir, stoffig van het niet gebruiken. Ik heb mijn eigen voor-en-na foto’s niet kunnen posten op Reddit – mijn telefoon viel in een plas en alle foto’s van mijnretinoïde jaren waren uitgewist. Maar vorige maand gluurde mijn moeder in het korrelige scherm van ons wekelijkse WhatsApp video gesprek. “Huid ziet er goed uit, Iva,” zei ze.