De mandibulaire hoektand is de tand die distaal (weg van de middellijn van het aangezicht) van de beide mandibulaire laterale snijtanden in de mond ligt, maar mesiaal (naar de middellijn van het aangezicht toe) van de beide mandibulaire eerste premolaren. Zowel de maxillaire als de mandibulaire hoektanden worden de “hoeksteen” van de mond genoemd, omdat zij alle drie tanden van de middellijn verwijderd zijn, en de premolaren van de snijtanden scheiden. De plaats van de hoektanden weerspiegelt hun dubbele functie: zij vullen zowel de premolaren als de snijtanden aan tijdens het kauwen, ook wel kauwen genoemd. Toch is de meest voorkomende actie van de hoektanden het scheuren van voedsel. De hoektanden zijn bestand tegen de enorme zijwaartse druk bij het kauwen. De hoektanden hebben een enkele hoektand en lijken op de grijptanden van vleesetende dieren. Hoewel betrekkelijk gelijk, zijn er enkele kleine verschillen tussen de melktand en de blijvende hoektand.
Anatomische terminologie
De mandibulaire hoektanden beginnen op de leeftijd van 4 maanden verkalking te vertonen en het glazuur van de kroon is volledig gevormd tegen de leeftijd van 7 jaar. De blijvende mandibulaire hoektanden komen rond de leeftijd van 9 à 10 jaar tot uitbarsting. De mandibulaire en maxillaire hoektanden zijn de langste tanden in de mond. De wortel van de mandibulaire hoektand, die op 13-jarige leeftijd volledig gevormd is, is de langste van de mandibulaire tandboog. De mandibulaire hoektanden zijn iets smaller dan de maxillaire hoektanden, maar de kroon is even lang en soms zelfs langer. De mandibulaire hoektanden hebben meestal slechts één wortel, maar soms kan de wortel bifurcated zijn, of twee wortels hebben. In dat geval wijst de ene wortel naar de tong (linguale zijde) en de andere naar de lip (labiale zijde).
In het universele notatiesysteem worden de melktanden aangeduid met een letter die in hoofdletters wordt geschreven. De rechter melktand staat bekend als “R”, en de linker als “M”. De internationale notatie kent een ander notatiesysteem. Zo staat de rechter melktand bekend als “83”, en de linker als “73”.
In het universele notatiesysteem worden de blijvende mandibulaire hoektanden aangeduid met een nummer. De rechter blijvende mandibulaire hoektand staat bekend als “27”, en de linker staat bekend als “22”. In de Palmer notatie wordt een nummer gebruikt in combinatie met een symbool dat aangeeft in welk kwadrant de tand zich bevindt. Voor deze tand zouden de linker en rechter hoektand hetzelfde nummer, “3”, hebben, maar de rechter zou het symbool, “┐”, erover hebben, terwijl de linker zou hebben, “┌”. De internationale notatie heeft een ander nummeringssysteem dan de vorige twee, en de rechter permanente mandibulaire hoektand staat bekend als “43”, en de linker als “33”.