Griekse Mythologie >>Heldinnen >> Danae

Griekse naam

Δαναη

Vertaal

Danaê

Latijnse Spelling

Danae

Vertaal

Danaan-Vrouw

Danae en de Gouden Douche, Lucanische roodfigurige krater C5e v. Chr.C., Musée du Louvre

DANAE was een prinses van Argos in de Griekse Peloponnesos, het enige kind van koning Akrisios (Acrisius). Toen haar vader een profetie vernam dat hij door een zoon van zijn dochter zou worden gedood, sloot hij Danae op in een onderaardse, bronzen kamer. Haar gevangenis werd echter geïnfiltreerd door de god Zeus die haar zwanger maakte in de gedaante van een gouden regenbui. Ze werd zwanger en baarde een zoon, Perseus. Toen haar vader dit vernam, stopte hij Danae en het kind in een kist en stuurde ze de zee op. Door de voorzienigheid van de goden kwamen zij veilig aan op het eiland Seriphos, waar de visser Diktys (Dictys) hen onderdak bood in zijn huis.

Later, toen Perseus volwassen was, zocht koning Polydektes (Polydectes) van Seriphos Danae als zijn vrouw en, omdat hij zich van haar zoon wilde ontdoen, beval Perseus het hoofd van de Gorgon te halen. De held keerde zegevierend terug en vernam toen dat zijn moeder naar de tempel van Athena was gevlucht om zich voor de koning te verbergen. Uit woede veranderde Perseus Polydektes en zijn bondgenoten in steen met het hoofd van de Gorgon. Daarna reisde hij met moeder naar Argos om de troon van zijn grootvader op te eisen.

Danae was de gelijknamige “koningin” van de Dananen. Danaan was synoniem met Argive, maar werd soms gebruikt om Grieken in het algemeen aan te duiden (b.v. in de Ilias van Homerus).

CHRONOLOGIE VAN DE MYTH

In de chronologie van de mythe was Danae een afstammeling van Io–een Argive meisje dat door Zeus bemind werd en gedwongen werd om in de gedaante van een koe helemaal naar Egypte af te reizen.Io’s achter-achterkleinzoon Danaus maakte de terugreis naar Argos met zijn vijftig dochters, de Danaiden, om de troon op te eisen. Danae was een achterkleindochter van de Danaid Hypermnestra en haar neef Lynkeus.
Van Danae’s nakomelingen waren Herakles, haar achter-achterkleinzoon, en koning Eurystheus, haar achterkleinzoon
Het moet worden opgemerkt dat de Argive genealogieën nogal opgeblazen waren en niet goed synchroon lopen met die van de andere mythische vorstenhuizen.

FAMILIE VAN DANAE

PARENTEN

AKRISIOS (Homerus Ilias 14.319, Aeschylus, Herodotus 6.53, Strabo 10.5.10, Diodorus Siculus 4.9.1, Pausanias 2.23.7, Hyginus Fabulae 155, Ovidius Metamorphosen 4.607, Nonnus Dionysiaca 30.264)
AKRISIOS & EURYDIKE (Apollodorus 2.26)
AKRISIOS & AGANIPPE (Hyginus Fabulae 63)

OFFSPRING

PERSEUS (door Zeus) (Homerus Ilias 14.319, Pindar Pythian 12. 16, Aeschylus, Apollodorus 2.34, Strabo 10.5.10, Herodotus 6.53 & 7.61, Diodorus Siculus 4.9.1, Hyginus Fabulae 63 & 155, Ovidius Metamorphoses 4.607, Nonnus Dionysiaca 2.286, e.a.)

ENCYCLOPEDIA

DANAE (Danaê). Een orakel verklaarde dat Danaë, de dochter van Acrisius, een zoon zou baren, die zijn grootvader zou doden. Om deze reden hield Acrisius Danaë opgesloten in een onderaardse woning, of in een koperen toren. Maar hier werd zij, ondanks de voorzorgsmaatregelen van haar vader, moeder van Perseus, volgens sommige verhalen door haar oom Proetus, en volgens andere door Zeus, die haar bezocht in de vorm van een regen van goud. Acrisius beval moeder en kind in een kist bloot te stellen op de wijde zee; maar de kist dreef naar het eiland Seriphus, waar beiden werden gered door Dictys, de broer van koning Polydectes. (Apollod. ii. 2. § 1, 4. § 1; Paus. ii. 16. § 2, 25. § 6, iii. 13. § 6; Hygin. Fab. 63.) Volgens een latere of Italiaansche overlevering werd de kist naar de kust van Italië gevoerd, waar koning Pilumnus met Danaë trouwde, en Ardea stichtte (Virg. Aen. vii. 410; Serv. ad Aen. vii. 372); of Danaë zou met twee zonen, Argus en Argeus, die zij van Phineus kreeg, naar Italië gekomen zijn, en zich op de plaats gevestigd hebben, waar later Rome werd gebouwd (Serv. ad Aen. viii. 345). Maar volgens een algemeen verhaal maakte Polydectes, koning van Seriphos, Danae tot zijn slavin en maakte hij haar het hof, maar tevergeefs; en om haar ongestoord in zijn bezit te krijgen, stuurde hij Perseus, die intussen volwassen was geworden, naar de Gorgonen om het hoofd van Medusa te halen, dat hij naar eigen zeggen aan Hippodameia zou geven als huwelijksgeschenk (Tzetz. ad Lyc. 838).

Bron: Dictionary of Greek and Roman Biography and Mythology.

CLASSISCHE LITERATUUR QUOTES

Acrisius, Danae en zuigeling Perseus, Atheense roodfigurige hydria C5e v. Chr., Museum of Fine Arts Boston

Homer, Ilias 14. 319 e.v. (trans. Lattimore) (Grieks epos C8e v. Chr.) :
” Zeus die de wolken verzamelt antwoordde haar: ‘. . . Nooit eerder heeft de liefde voor een godin of een vrouw zo gesmolten over het hart in mij, het gebroken tot onderwerping, als nu: niet die keer . . . toen ik hield van Akrisios’ (Acrisius’) dochter lieftallige Danaë, die Perseus voor mij baarde, bij uitstek onder alle mannen.

Hesiod, Shield of Heracles 216 ff (trans. Evelyn-White) (Grieks epos C8e of C7e v. Chr.) :
“De zoon van de rijk behaarde Danae, de ruiter Perseus.”

Pindar, Pythische Ode 12. 16 e.v. (trans. Conway) (Griekse lyriek C5e v. Chr.) :
“die zoon van Danaë … hij die, zo vertelt men, uit een stromende stroom goud werd verwekt.”

Pindar, Pythische Ode 12. 8 e.v. :
“Toen Perseus over de derde van die gevallen zusters zijn triomfkreet slingerde, bracht hij een fatale ondergang over Seriphos bij de zee – ondergang voor dat eiland en voor haar volk. Ja, want hij had de grimmige nakomeling van Phorkys (Phorcys) blind gemaakt, en bitter het huwelijksgeschenk dat hij aan Polydektes (Polydectes) bracht, om zo een einde te maken aan de lange slavernij van zijn moeder en het gedwongen huwelijk.”

Aeschylus, De net-slepers (verloren saterspel) (Griekse tragedie C5e v. Chr.) :
Het eerste toneelstuk van Aeschylus’ Perseus-trilogie, De net-slepers (of Diktyoulkoi) was een saterspel dat de aankomst beschreef van de kist met daarin Danae en haar zuigeling Perseus op het eiland Seriphos. De Net-slepers uit de titel waren de saters die de kist naar de kust visten.

Aeschylus, Fragment 274 De Net-slepers (uit Papyri) (trans. Lloyd-Jones) :

? : Kun je zien …?
Diktys : Ik kan zien . . .
? : Waar wil je dat ik op let? . .
Diktys : Voor het geval dat ergens . . in de zee. .
? : Geen teken; voor zover ik kan zien, is de zee een molenvijver.
Diktys : Kijk nu naar de spleten van de kliffen bij de oever.
? : Goed, ik kijk. . . Mijn hemel, hoe moet ik dit noemen! Is het een monster van de zee dat mijn ogen ontmoet, een grampus of een haai of een walvis (ketos)? Heer Poseidon en Zeus van de diepte, een mooi geschenk om uit de zee naar boven te sturen…! Wat voor geschenk van de zee verbergt uw net? Het is bedekt met zeewier zoals… . . Is het een warmbloedig wezen? Of heeft de Oude Man van de Eilanden ons iets in een kist gestuurd? Wat is die kist zwaar! Het werk gaat niet door! Ik zal schreeuwen en alarm slaan. Hallo daar! Boeren en boerinnen, deze kant op, jullie allemaal! Herders en schaapherders, iedereen op deze plek! Kustvolk en al jullie andere zeeboeren!”

Aeschylus, Fragment 275 De Net-slurpers (uit Papyri Oxyrhynchus) :

Silenos: Ik roep . ((lacune)) en de goden op om getuige te zijn van wat ik nu aan het hele gezelschap verkondig. Maar wat je ook doet, haast je niet roekeloos van ons weg; begrijp het eindelijk en accepteer mij als een alleraardigste beschermer en ondersteuner. Kijk, de jongen begroet me met vriendelijke woorden, zoals hij zijn geëerbiedigde grootmoeder zou begroeten. Zal hij in de loop der tijd niet altijd zo tegen mij blijven? Rivieren van Argos en goden van mijn vaderen, en gij, Zeus, die mijn beproeving tot zulk een einde brengt! Zult gij mij aan deze beesten overleveren, opdat zij mij met hun woeste aanvallen zullen teisteren, of opdat ik in gevangenschap de ergste folteringen zal ondergaan? Hoe dan ook, ik zal ontsnappen. Zal ik mij dan een strop knopen, een wanhopig middel tegen deze marteling toepassen, zodat niemand mij weer in zee kan zetten, noch een wellustig beest, noch een vader? Nee, ik ben er bang voor! Zeus, stuur mij hulp in deze benarde situatie, ik smeek U! Want U was schuldig aan de grootste fout, maar ik ben het die de volledige straf heb betaald. Ik roep je op om alles recht te zetten! U hebt alles gehoord wat ik te zeggen heb.
Chorus : Kijk, het kleintje lacht lieflijk terwijl hij naar zijn glanzende, radde kale paat kijkt. . .
Silenos : . . ((lacune)) als ik mij niet verheug in de aanblik van u. Vervloekt zij Diktys (Dictys), die mij achter mijn rug om deze prijs probeert afhandig te maken! Kom hier, mijn liefje! (Wees niet bang! Waarom jank je? Hierheen mijn zoons, zodat je in mijn beschermende armen kunt komen, lieve jongen – ik ben zo aardig – en je plezier kunt vinden in de marters en de herten en de jonge stekelvarkens, en een derde in bed kunt maken met je moeder en met mij je vader. En papa zal, de kleine zijn plezier geven. En je zult een gezond leven leiden, zodat je op een dag, als je sterk bent geworden, zelf – want je vader verliest zijn greep op zijn reekalfendodend voetenwerk – zelf beesten zult vangen zonder speer, en ze aan je moeder te eten zult geven, naar het voorbeeld van de familie van haar man, onder wie je je kost zult verdienen.
Chorus : Kom nu, beste kerels, laten we gaan en haast maken met het huwelijk, want de tijd is er rijp voor en zonder woorden spreekt het voor zich. Waarom, ik zie dat de bruid al staat te popelen om volop van onze liefde te genieten. Geen wonder : zij heeft een lange tijd eenzaam in het schip onder het schuim doorgebracht. Welnu, nu zij onze jeugdige kracht voor ogen heeft, verheugt zij zich en verheugt zich; zo is de bruidegom die door het heldere schijnsel van Aphrodite’s toortsen.”

Euripides, Danae (verloren toneelstuk) (Griekse tragedie C5e v. Chr.) :
De Griekse tragicus Euripides schreef een toneelstuk over Danae.

Sophocles, Danae (verloren toneelstuk) (Griekse tragedie C5e v. Chr.) :
Sophocles trad met zijn toneelstuk Danae in de voetsporen van Aeschylus en Euripides.

Danae en de Gouden Douche, Atheens roodfigurig krater C5e v. Chr, Museum State Hermitage

Herodotus, Historiën 6. 53. 1 (trans. Godley) (Griekse geschiedschrijver C5e v. Chr.) :
“De Grieken vertellen over deze koningen van de Doriërs tot aan Perseus zoon van Danae – zij maken geen melding van de god – en bewijzen dat deze koningen Grieken waren; want tegen die tijd waren zij als Grieken geclassificeerd. Ik zei tot Perseus, en ik ging niet verder dan dat, want er wordt niemand genoemd als de stervelijke vader van Perseus, zoals Amphitryon de vader van Herakles wordt genoemd . . . Danae dochter van Akrisios (Acrisius).”

Herodotus, Historiën 7. 61. 1 :
“Perseus zoon van Danae en Zeus.”

Pseudo-Apollodorus, Bibliotheca 2. 26 & 34 (trans. Aldrich) (Griekse mythograaf 2e eeuw n. Chr.) :
“Uit Akrisios (Acrisius) en Eurydike (Eurydice), de dochter van Lakedaimon (Lacedaemon), werd een dochter Danae geboren . . . Terwijl Akrisios orakelsprekend onderzoek deed naar het probleem van het verwekken van zonen, deelde de god hem mede dat een zoon geboren uit zijn dochter hem zou doden. Uit angst bouwde Akrisios een bronzen kamer onder de aarde, waar hij Danae onder bewaking hield. Nu zeggen sommigen dat Proitos (Proetus) haar verleidde, wat leidde tot de harde gevoelens tussen de broers, maar anderen zeggen dat Zeus seks met haar had door zichzelf in goud te veranderen dat door het plafond naar binnen stroomde en in haar baarmoeder terechtkwam. Toen Akrisios later vernam dat Perseus van haar was bevallen, geloofde hij niet dat Zeus haar had verleid en wierp hij zijn dochter met haar zoon op een ark de zee op. De ark dreef aan land bij Seriphos, waar Diktys (Dictys) het kind vond en opvoedde.”

Pseudo-Apollodorus, Bibliotheca 2. 36 :
“De heerser van Seriphos was Polydektes (Polydectes), Diktys’ (Dictys’) broer. Hij werd verliefd op Danae, maar kon geen seks met haar hebben, nu Perseus een volwassen man was, dus verzamelde hij zijn vrienden, waaronder Perseus, en vertelde hen dat hij bijdragen verzamelde om te bieden voor de hand van Hippodameia, dochter van Oinomaos (Oenomaus). Hij vroeg de anderen om paarden, maar omdat hij van Perseus geen paarden kreeg en Perseus had gezegd dat hij Polydektes zelfs het hoofd van de Gorgo niet zou ontzeggen, gaf hij hem de opdracht juist dat voorwerp te halen.”

Pseudo-Apollodorus, Bibliotheca 2. 45 :
” Toen hij Seriphos bereikte, ontdekte Perseus dat zijn moeder samen met Diktys (Dictys) haar toevlucht had gezocht bij de altaren tegen het geweld van Polydektes (Polydectes), dus ging hij het koninklijk paleis binnen waar Polydektes zijn vrienden aan het vermaken was, en met zijn eigen gezicht afgewend toonde hij het hoofd van de Gorgo. Toen zij ernaar keken, veranderde ieder in steen, terwijl hij de houding aannam die hij toevallig op dat moment aannam.”

Pseudo-Apollodorus, Bibliotheca 2. 47 :
“Perseus haastte zich met Danae en Andromeda naar Argos om Akrisios (Acrisius) te kunnen zien. Maar zodra Akrisios dit vernam, verliet hij Argos, nog steeds bevreesd voor het orakel.”

Apollonius Rhodius, Argonautica 4. 1090 e.v. (trans. Seaton) (Grieks epos 3e eeuw v. Chr.) :
“Want vaders zijn al te jaloers op hun kinderen …. Wat een ellende heeft Danae moeten doorstaan op de wijde zee door de waanzinnige woede van haar vader!”

Lycophron, Alexandra 838 (trans. Mair) (Griekse dichter 3e eeuw v. Chr.) :
“De adelaarszoon van de gouden Sire.”

Strabo, Geografie 10. 5. 10 (trans. Jones) (Griekse geograaf C1e v. Chr. tot C1e n. Chr.) :
“Seriphos, het toneel van het mythische verhaal van Diktys (Dictys), die met zijn net de kist aan land trok waarin Perseus en zijn moeder Danae zaten, die door Akrisios (Acrisius), de vader van Danae, in zee waren gezonken; want Perseus was daar opgegroeid, naar men zegt, en toen hij het hoofd van de Gorgon daarheen bracht, toonde hij het aan de Seriphians en veranderde hen allen in steen. Dit deed hij om zijn moeder te wreken, omdat Polydektes (Polydectes) de koning, met hun medewerking, van plan was zijn moeder tegen haar wil te huwen. Het eiland is zo rotsachtig dat de komedianten zeggen dat het zo gemaakt is door de Gorgo.”

Diodorus Siculus, Bibliotheek van de Geschiedenis 4. 9. 1 (trans. Oldfather) (Griekse geschiedschrijver C1e v. Chr.) :
“Perseus was de zoon van Danaê, de dochter van Akrisios (Acrisius), en Zeus.”

Pausanias, Beschrijving van Griekenland 2. 18. 1 (trans. Jones) (Grieks reisverslag C2e eeuw n.Chr.) :
“Diktys (Dictys) en Klymene (Clymene), die de redders van Perseus worden genoemd.”

Pausanias, Beschrijving van Griekenland 2. 23. 7 :
“De Argiven hebben andere bezienswaardige dingen ; Bijvoorbeeld, een ondergronds gebouw waarboven zich de bronzen kamer bevond die Akrisios (Acrisius) eens had gemaakt om zijn dochter te bewaken. Toen Perilaus echter tiran werd, heeft hij deze afgebroken.”

Danae en Perseus op zee in de kist, Atheense roodfigurige lekythos C5e v. Chr, Rhode Island School of Design Museum

Pseudo-Hyginus, Fabulae 63 (trans. Grant) (Romeinse mythograaf 2e eeuw n.Chr.) :
“Danae was de dochter van Acrisius en Aganippe. Een profetie over haar zei dat het kind dat zij baarde Acrisius zou doden, en Acrisius, die dit vreesde, sloot haar op in een met stenen ommuurde gevangenis. Maar Jove, veranderend in een gouden regenbui, lag bij Danae, en uit deze omhelzing werd Perseus geboren. Vanwege haar zonde sloot haar vader haar met Perseus op in een kist en wierp die in zee. Door de wil van Jupiter werd de kist naar het eiland Seriphus gedragen, en toen de visser Dictys de kist vond en hem openbrak, ontdekte hij moeder en kind. Hij bracht hen naar koning Polydectes, die met Danae trouwde en Perseus opvoedde in de tempel van Minerva. Toen Acrisius ontdekte dat zij aan het hof van Polydectes verbleven, ging hij er op uit om hen te halen, maar bij zijn aankomst bemiddelde Polydectes voor hen, en Perseus zwoer zijn grootvader dat hij hem nooit zou doden. Toen Acrisius daar door een storm werd opgehouden, stierf Polydectes, en bij zijn begrafenisspelen blies de wind een discus uit Perseus’ hand naar Acrisius’ hoofd, die hem doodde. Zo werd wat hij niet uit eigen wil deed, door de goden volbracht. Toen Polydectes begraven was, trok Perseus naar Argos en nam bezit van het rijk van zijn grootvader.”

Pseudo-Hyginus, Fabulae 155 :
“Zonen van Jove . . . Perseus bij Danae, dochter van Acrisius.”

Ovidius, Metamorphoses 4. 607 e.v. (trans. Brookes More) (Romeins epos C1e v. Chr. tot C1e n. Chr.):
“Maar Acrisius, de zoon van Abas, van het Cadmeese ras, bleef Bacchus verbannen van de muren van Argos, en vijandige wapens opheffen tegen die godheid, waarvan hij ontkende dat die uit Jove geboren was. Hij wilde zelfs niet toegeven dat Perseus uit de lendenen van Jupiter was verkregen van Danae in het overvloeiende goud. Zo machtig is de verborgen kracht van de waarheid, dat Acrisius die belediging van Bacchus spoedig betreurde, en dat hij ooit weigerde zijn kleinzoon te bezitten.”

Ovidius, Metamorphosen 4. 697 ff :
“Ik , die de zoon ben van Regal Jove en haar die hij omhelsde in goudregens, haar zwanger achterlatend in haar koperen cel.”

Ovid, Metamorphoses 5. 11 :
“Jupiter , opgelost in douches van imitatiegoud.”

Ovid, Metamorfosen 5. 250 :
“haar van goud verwekte broer.”

Ovid, Metamorfosen 6. 113 :
“Hij maakte de mooie Danae het hof door haar te lokken als een glanzende gouden regen.”

Ovid, Metamorphoses 11. 117 ff :
“Toen hij zijn handen waste in vloeibare stromen, zouden de glanzende druppels op zijn handen die zijn geweest die Danae ooit verbaasden.”

Statius, Thebaid 7. 163 ff (trans. Mozley) (Romeins epos C1ste A.D.) :
“Niet in zulk een stemming zoudt gij naar Danaë’s stad gaan, of het Parrhasische bos, of Amyclae, Leda’s huis.”

Nonnus, Dionysiaca 7. 110 e.v. (trans. Rouse) (Grieks epos C5e A.D.) :
“Eros (de liefde) … haalde de goddelijke pijlenkoker tevoorschijn, waarin twaalf vuurvaste pijlen apart werden gehouden voor Zeus, wanneer zijn verlangen zich richtte op een of andere sterfelijke vrouw als bruid. Op de achterkant van zijn liefdespijlenkoker had hij met gouden letters voor elk een zin in dichtvorm gegraveerd. Op de rug van zijn pijlkoker van liefdesbouten had hij met letters van goud voor elk een zin in dichtvorm gegraveerd:–
De eerste neemt Kronion (Kronion) mee naar de buiging van vaarsgezicht Io.
De tweede zal Europa het hof maken voor de stoutmoedige stier die ontvoert.
De derde naar Plouto’s (Pluto’s) bruidsschat brengt de heer van de hoge Olympos.
De vierde roept tot Danaë een gouden bedgenote.
De vijfde biedt Semele een brandend vurig huwelijk.
De zesde brengt de koning van de hemel een adelaar tot Aigina (Aegina).
De zevende verbindt Antiope met een voorgewende Satyros (Satyr).”

Nonnus, Dionysiaca 8. 124 e.v. :
“Zeus en zijn regen sliepen geen tweede keer met Danaë; na de zegels van de ijzeren gevangenis ging de bruid op zee en moest haar gouden bruiloft wijten aan haar liefdesgeschenk van de pekel – haar met haar op zee zeilende hok dreef waar de verschuivende winden wel waaiden!”

Nonnus, Dionysiaca 8. 286 ff :
“Door Danaë’s weelderige hofmakerij bid ik, schenk mij deze genade . . . Ook ik had graag een bruiloft van goud gezien, Zeus van de Regen, als de moeder van Perseus niet eerst die eer van u had gestolen.”

Nonnus, Dionysiaca 30. 264 ff :
“Akrisios’ (Acrisius’) dochter baarde de Gorgonsdoder , een zoon mijn Zeus waardig.”

ANCIENTE GRIEKSE KUNST

K1.12 Danae & Shower of Gold

Athenian Red Figure Vase Painting C5th B.C.

K1.14 Danae & Shower of Gold

Lucanian Red Figure Vase Painting C5th B.C.

H1.3 Acrisius, Danae, Perseus

Athenian Red Figure Vase Painting C5th B.C.

H1.4 Acrisius, Danae, Perseus

Athenian Red Figure Vase Painting C5th B.C.

H1.2 Danae & Kind Perseus

Athenische Rode Figuur Vasschildering C5e v. Chr.C.

SOURCES

GREEKS

  • Homer, De Ilias – Grieks epos C8e v. Chr.C.
  • Hesiod, Het Schild van Heracles – Grieks Epos C8e – 7e v. Chr.
  • Pindar, Odes – Griekse Lyriek C5e v. Chr.
  • Aeschylus, Fragmenten – Griekse Tragedie C5e v. Chr.
  • Apollodorus, De Bibliotheek – Griekse Mythografie C2e n. Chr.
  • Apollonius Rhodius, De Argonautica – Griekse Epiek C3e v. Chr.
  • Lycophron, Alexandra – Griekse Poëzie C3e v. Chr.
  • Diodorus Siculus, De Bibliotheek der Geschiedenis – Griekse Geschiedenis C1e v. Chr.
  • Strabo, Geografie – Griekse Geografie C1e v. Chr.C. – C1st A.D.
  • Pausanias, Beschrijving van Griekenland – Grieks reisverslag C2nd A.D.
  • Nonnus, Dionysiaca – Grieks epos C5e A.D.

ROMAN

  • Hyginus, Fabulae – Latijnse Mythografie C2nd A.
  • Ovidius, Metamorfosen – Latijns epos C1e v. Chr. – C1e n. Chr.
  • Statius, Thebaid – Latijns epos C1e n. Chr.

BIBLIOGRAPHY

Een volledige bibliografie van de op deze pagina geciteerde vertalingen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.