Rapporten van nieuwe studie in Biological PsychiatryPhiladelphia, PA, 1 februari 2013 – Een slechte impulscontrole draagt bij aan iemands onvermogen om het gebruik van belonende middelen, zoals voedsel, alcohol en andere drugs, onder controle te houden. Dit kan leiden tot de ontwikkeling van een verslaving. FDA-goedgekeurde medicijnen voor alcoholisme, zoals naltrexon (Revia) en disulfiram (Antabuse), worden verondersteld het alcoholgebruik te verminderen door het hunkeren naar alcohol te beteugelen en onaangename reacties op alcohol te veroorzaken, effecten die het verlangen om alcohol te drinken verminderen.
Nieuwe medicijnen zouden zich echter kunnen richten op de oncontroleerbare drang om drugs of misbruik te consumeren. Het idee om problemen van zelfbeheersing te behandelen door het vermogen om impulsen te onderdrukken te verbeteren, is niet nieuw. Deze aanpak is precies wat men doet wanneer men tot 10 telt alvorens te handelen wanneer men van streek is. Nieuw is echter het idee dat medicijnen bij dit proces kunnen helpen.
Een nieuwe studie van Lianne Schmaal van de Universiteit van Amsterdam en collega’s, gepubliceerd in Biological Psychiatry, suggereert dat modafinil (Provigil), een medicijn dat oorspronkelijk werd ontwikkeld om de waakzaamheid te verhogen, sommige mensen kan helpen om minder te drinken door hun impulscontrole te verbeteren.
Hoewel modafinil formeel alleen is goedgekeurd voor de behandeling van verschillende slaapstoornissen, is aangetoond dat het de cognitie verbetert. Dergelijke gunstige effecten zijn waargenomen bij gezonde personen en bij patiënten met schizofrenie en attention-deficit/hyperactivity disorder. Het is ook aangetoond dat het impulsiviteit vermindert bij sommige verslaafden, maar deze effecten waren nog niet onderzocht bij niet-stimulerende verslavingen zoals alcoholverslaving.
Deze achtergrond van potentieel veelbelovende bevindingen bracht Schmaal et al. ertoe de effecten van modafinil op impulsiviteit te onderzoeken bij alcoholverslaafde patiënten en gezonde controles. De onderzoekers maten ook de onderliggende hersenactiviteit van de deelnemers terwijl zij een stopteken-taak voltooiden, ontworpen om impulsief gedrag te meten.
“Deze lijn van onderzoek neemt een strategie over uit het ‘draaiboek’ van de aandachtstekortstoornis. Modafinil heeft effecten die lijken op amfetamine. Deze interessante nieuwe studie suggereert dat, als je impulsief bent, modafinil je zelfbeheersing kan helpen,” aldus Dr. John Krystal, redacteur van Biological Psychiatry.
Ze ontdekten dat modafinil de responsremming verbeterde bij alcoholafhankelijke deelnemers met een aanvankelijk slechte responsremming, maar de responsremming was verminderd bij degenen die aanvankelijk beter presteerden. Modafinil moduleerde ook de hersenactivatie in belangrijke hersengebieden die direct betrokken zijn bij de inhibitie van de respons, maar ook hier alleen bij patiënten met een slechte inhibitie van de initiële respons.
Schmaal legde verder uit: “Het belangrijkste is dat de studie aantoonde dat modafinil een positief effect had bij patiënten met hoge initiële niveaus van impulsiviteit, terwijl modafinil een nadelig effect had bij patiënten met lage initiële niveaus van impulsiviteit. Positieve effecten van modafinil waren geassocieerd met normalisatie van hersenactivatie en connectiviteitspatronen tijdens de stopsignaaltaak.”
Deze bevindingen geven aan dat rekening moet worden gehouden met baseline niveaus van impulsiviteit wanneer behandeling met modafinil wordt overwogen.
“De huidige observatie van ‘one size does not fit all’ (d.w.z., dat een farmacotherapie een nuttige aanvullende therapie kan zijn voor sommige individuen, maar niet voor anderen) roept op tot voorzichtigheid bij het voorschrijven van modafinil en ondersteunt sterk het potentieel van en de behoefte aan gepersonaliseerde geneeskunde,” voegde Schmaal toe.
Het artikel is “Effects of Modafinil on Neural Correlates of Response Inhibition in Alcohol-Dependent Patients” door Lianne Schmaal, Leen Joos, Marte Koeleman, Dick J. Veltman, Wim van den Brink, en Anna E. Goudriaan (doi: 10.1016/j.biopsych.2012.06.032). Het artikel verschijnt in Biological Psychiatry, Volume 73, Issue 3 (1 februari 2013), uitgegeven door Elsevier.

Aantekeningen voor de redactieDe volledige tekst van het artikel is op verzoek beschikbaar voor journalisten met legitimatie; neem contact op met Rhiannon Bugno op +1 214 648 0880 of [email protected]. Journalisten die de auteurs willen interviewen, kunnen contact opnemen met Lianne Schmaal op +31 (0) 20 89 13762 of [email protected].
De affiliaties van de auteurs, en onthullingen van financiële en belangenconflicten zijn beschikbaar in het artikel.
John H. Krystal, M.D., is voorzitter van de afdeling Psychiatrie aan de Yale University School of Medicine en een onderzoekspsychiater bij het VA Connecticut Healthcare System. Zijn onthullingen van financiële belangen en belangenverstrengelingen zijn hier beschikbaar.
Over Biologische PsychiatrieBiologische Psychiatrie is het officiële tijdschrift van de Society of Biological Psychiatry, die als doel heeft het bevorderen van uitmuntendheid in wetenschappelijk onderzoek en onderwijs op gebieden die de aard, oorzaken, mechanismen en behandelingen van stoornissen van het denken, emotie of gedrag onderzoeken. In overeenstemming met deze missie publiceert dit peer-reviewed, snel te publiceren, internationale tijdschrift zowel fundamentele als klinische bijdragen uit alle disciplines en onderzoeksgebieden die relevant zijn voor de pathofysiologie en behandeling van belangrijke psychiatrische stoornissen.
Het tijdschrift publiceert nieuwe resultaten van origineel onderzoek dat een belangrijke nieuwe voorsprong of significante impact op het vakgebied vertegenwoordigt, met name die welke betrekking hebben op genetische en omgevingsrisicofactoren, neurale circuits en neurochemie, en belangrijke nieuwe therapeutische benaderingen. Recensies en commentaren die zich richten op onderwerpen van actueel onderzoek en interesse worden ook aangemoedigd.
Biological Psychiatry is een van de meest selectieve en hoog geciteerde tijdschriften op het gebied van psychiatrische neurowetenschappen. Het staat op de 5e plaats van 129 titels in de psychiatrie en op de 16e plaats van 243 titels in de neurowetenschappen in de Journal Citations Reports® gepubliceerd door Thomson Reuters. De 2011 Impact Factor score voor Biologische Psychiatrie is 8.283.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.