Doel: De onderliggende oorzaken van presbyopie, en de functionele relatie tussen de ciliaire spier en de lens tijdens veroudering zijn onduidelijk. In de huidige studie werden deze relaties bestudeerd bij resusapen, waarvan het accommoderende apparaat en het leeftijdsgebonden verlies van accommodatie vergelijkbaar zijn met die bij de mens.
Methoden: Centripetale ciliary lichaam en lens equator bewegingen werden gemeten tijdens accommodatie in 28 ogen van 21 resusapen (leeftijden, 5,7-26 jaar) door middel van goniovideografie. Ultrasone biomicroscopie werd uitgevoerd in 21 ogen van 17 apen. Vernauwing van de hoek tussen het voorste aspect van het ciliaire lichaam en het binnenste aspect van de cornea werd gebruikt als een surrogaatindicator van voorwaartse beweging van het ciliaire lichaam tijdens accommodatie.
Conclusies: Verminderde lensbeweging met de leeftijd zou gedeeltelijk secundair kunnen zijn aan extralenticulaire leeftijdsgerelateerde veranderingen, zoals verlies van voorwaartse beweging van het ciliaire lichaam. De centripetale beweging van het ciliaire lichaam is mogelijk niet de beperkende component in accommodatie bij het oudere oog.